Slim verduurzamen doe je samen met bewoners

Hoe krijg je bewoners mee in het verduurzamen van corporatie-complexen? En wat is de meerwaarde van deze betrokkenheid bij het verduurzamen van de warmtevoorziening voor de stad?

Het beeld van corporaties is dat bewoners lastig zijn: wij brengen iets moois, maar bewoners zijn nooit tevreden. Daar staat tegenover dat de insteek vaak een standaard-renovatieoplossing is, bestaand uit een mix van raamisolatie, mechanische ventilatie en systemen van verwarming. Een veel gemaakte fout daarbij is dat het verduurzamingsplan al helemaal is uitgedacht voordat het aan bewoners wordt voorgelegd. Door het gebrek aan   aanpassingsmogelijkheden ontstaat weerstand, met als gevolg dat het soms wel tien jaar duurt voordat een renovatie kan starten. Temeer omdat lang niet alle bewoners open staan voor verandering en het liefst alles bij het oude willen houden.

Vertrouwenskloof

Een ander knelpunt is dat woningcorporaties nogal eens worstelen met het organiseren van de bewonerscommunicatie. Zo kan de insteek te veel gericht zijn op het meekrijgen van bewonerscommissies, terwijl die meestal geen weerspiegeling zijn van de verschillende culturele achtergronden van bewoners. Ook houdt men vaak te weinig rekening met het feit dat bewoners verschillende woonproblemen en -wensen hebben. Een andere belemmering is gebrek aan vertrouwen, bijvoorbeeld omdat in het verleden gewekte verwachtingen niet zijn waargemaakt. Door de gebrekkige communicatie en zwenkend beleid voelen bewoners zich niet serieus genomen.

Aanknopingspunten

Het is belangrijk om bij de komende warmtetransitie terdege rekening te houden met de sociale inbedding van de technologische maatregelen. Ook omdat je naast corporaties ook te maken krijgt  met  kritische, particuliere woningeigenaren. Dit legt druk op de communicatieopgave.

Kansrijk lijkt een integrale inzet van communicatie via één-op-één gesprekken, brieven, een digitaal platform aanbieden en bemiddelende organisaties inzetten. Voor de één-op-één gesprekken is een goed aanknopingspunt om te beginnen bij de koplopers; dit kan een positieve dynamiek in de wijk op gang brengen. Bij het informeren per brief is het verstandig om rekening te houden met laaggeletterde en anderstalige bewoners. Voor digitale platforms is het belangrijk te letten op de privacy, maar ook op het feit dat niet iedereen hier toegang toe heeft.

Bruggen slaan

Uit eerdere trajecten blijkt dat het inzetten van ambassadeurs uit de wijk enthousiasmerend kan werken, bijvoorbeeld door het inschakelen van leden van lokale energiecoöperaties. Aandachtspunt is wel dat deze mogelijk geen doorsnede van de lokale bevolking vormen. Ook de vrijwilligers van Dorpswerk Noord-Holland, behartiger van de belangen van inwoners van dorpen, kunnen een positieve rol spelen. In Amsterdam wordt de Stichting !WOON steeds vaker ingezet. Dit is een onafhankelijke organisatie die ervoor zorgt dat bewoners tijdig betrokken worden. Hierdoor wordt een brug geslagen tussen bewoners en de overheid of bouwpartij. !WOON is ook betrokken bij het opleiden van 10.000 vrijwillige energiecoaches. En steeds meer gemeenten hebben een !WOONloket, dat ook een rol kan spelen bij het creëren van draagvlak voor verduurzaming.

Samen optrekken

Een knelpunt voor de warmtetransitie zijn de prestatieafspraken van een gemeente met de woningcorporatie. Besluiten over de duurzame warmtebronnen komen per wijk tot stand, zonder particuliere woningeigenaren erin mee te nemen. Dit zou moeten veranderen. Als corporaties en particulieren samen optrekken, kan dit immers leiden tot versnelling en mogelijk lagere kosten. Voor een succesvolle aanpak is het verder noodzakelijk om  bewoners te verleiden met gunstige financiële regelingen en door maatregelen stapsgewijs in te voeren.

Nazorg

Wat helpt is de warmtetransitie concreet te maken, bijvoorbeeld door een bezoek aan een woning waar de nieuwe warmtebron al is geplaatst. Dit kan ook door technische ingrepen te visualiseren, zodat de aanpak beter wordt begrepen. Nieuwe systemen werken vaak anders, leg daarom goed uit hoe deze functioneren. Neem bijvoorbeeld een warmtepomp. Die werkt bij lage temperatuur en heeft veel meer tijd nodig om de ruimte te verwarmen dan een CV-installatie. Zorg tot slot voor goede nazorg voor het gebruik en onderhoud van de installaties, want vaak blijft maar een deel van de boodschap hangen.

Meer weten?

Bekijk de presentatie duurzaamheid of neem contact op met Frank de Feijter, onderzoeker Wageningen Universiteit: frank.defeijter@wur.nl