Ambtsbezoek commissaris van de Koning aan gemeente Edam-Volendam

Commissaris van de Koning Arthur van Dijk bezocht woensdag 27 maart de gemeente Edam-Volendam. Hij ging daar onder meer in gesprek met het college van B&W, de gemeenteraad en maatschappelijke partners.

Dat Edam-Volendam veel te bieden heeft, ervoer Van Dijk recent nog tijdens de opening van de 8ste kruiswegwandeling van Volendam en in 2022 bij de opening van de traditionele kaasmarkt van Edam. Tijdens zijn ambtsbezoek als rijksheer lag het accent op de actuele uitdagingen en ontwikkelingen. Er komen steeds meer grote en complexe opgaven op gemeenten af. Met welke dilemma’s hebben zij te maken? En wat speelt bij maatschappelijke organisaties en ondernemers? 

CvdK Arthur Van Dijk met het college van B&W van Edam-Volendam
 
Met het college van B&W sprak Van Dijk over de bestuurlijke uitdagingen en het belang van collegiaal en integraal besturen in een tijd waar tegenstellingen vaak steeds groter worden. Samen als 1 overheid optrekken en niet tegenover elkaar komen te staan. Ook kwamen de regionale samenwerking en ambities, bestuurskracht en de opgave van de Spreidingswet ter sprake. 

Aan verschillende tafels ging de commissaris in gesprek met onder meer woningcorporatie de Wooncompagnie, Bureau Toerisme, dorpsraden en de lokale fietsersbond over actuele ontwikkelingen, ambities, toekomstbestendigheid en hun ervaringen met de samenwerking met de gemeente. 

Arthur van Dijk in gesprek met maatschappelijke organisaties in Edam-Volendam
 
Het einde van de middag was gereserveerd voor de gemeenteraad. De commissaris sprak met raadsleden over hun rol en invloed in een toenemende regionale samenwerking. Ook ging het over bestuurskracht, weerbaarheid, inwonersparticipatie, integriteit en de doorontwikkeling van de gemeenteraad. 

Van Dijk keek tevreden terug op het ambtsbezoek: “Het was een dag vol inzichten. Ik dank de gemeente en hun partners voor het ontvangst en de waardevolle open gesprekken. Ook heb ik veel waardering voor de actieve en voortvarende houding van de gemeenteraad in hun doorontwikkeling. Ik blijf dit traject met interesse volgen.”