Duidelijkheid voor gemeenten: geen ruimtelijke ontwikkeling in weidevogelgebieden

De provincie helpt de gemeenten bij het toetsen van ruimtelijke ontwikkelingen en de effecten daarvan op het leefgebied van weidevogels. 
 
Weidevogels leven op grasland. Enkele voorbeelden van weidevogels zijn de grutto, de kievit, de tureluur, de scholekster, de veldleeuwerik en de slobeend. Grote, aangesloten gebieden zijn belangrijk voor weidevogels om ongestoord te kunnen leven. 

 
De provincie heeft voor gemeenten een leidraad geschreven waarin staat hoe we weidevogels kunnen en moeten beschermen. Vossen en katten zijn een bedreiging voor weidevogels. Gemeenten kunnen bijvoorbeeld vossenrasters vergoeden, inwoners oproepen om hun katten binnen te houden of samenwerking tussen agrarische natuurverenigingen faciliteren. 

Met de provinciale viewer kan iedereen zien waar de leefgebieden van de weidevogels liggen. Hier zijn ruimtelijke ontwikkelingen, zoals bebouwing, agrarische bedrijven, infrastructuur of energieopwekking niet toegestaan. Deze kaart wordt elke 2 jaar geactualiseerd.