Duurzame warmtevoorziening binnen bereik

Hoe kan in 2050 de economisch meest voordelige duurzame warmtevoorziening voor de gebouwde omgeving er uit komen te zien? Het antwoord hierop brengt de provincie momenteel voor alle Noord-Hollandse gemeenten op buurtniveau in beeld.

Onderstaande tekst is een verslag van de workshop zoals deze is gegeven tijdens de Netwerkconferentie Duurzaam Wonen Noord-Holland op 20 april 2017.

De eenvoudigste oplossing voor het verduurzamen van warmtevoorziening zou de vervanging van aardgas door groen gas zijn. Het probleem is echter dat groen gas waarschijnlijk erg duur is en naar verwachting beperkt beschikbaar komt. Daarom is omschakelen naar alternatieve vormen van verwarming nodig.
 
Om de warmtevoorziening te verduurzamen zijn er drie 'knoppen' om aan te draaien:

  • Verlagen warmtevraag gebouwen (isoleren, kieren dichten, en evt. ander bewonersgedrag);
  • Aanpassen gebouwinstallatie (vervangen cv-ketel door warmtepomp, radiotoren door vloerverwarming, etc.);
  • Vervangen energiedrager (groengas, warmte uit bodem, water of lucht of  restwarmte/geothermie benutten via de aanleg van warmtenetten).

Bij het op buurtniveau in kaart brengen van de economisch meest voordelige duurzame warmtevoorziening worden alle typen warmtevoorziening, inclusief bijbehorende infra en mate van isolatie, doorgerekend. Dit gebeurt door onderzoeksbureau CE Delft. Ook komt uit het project naar voren in welke buurten het beste kan worden gestart. Dit kan namelijk mede afhankelijk zijn van een al geplande vervanging van de riool- of gasinfra. Plannen om een groot aantal woningen flink te verduurzamen of  de aanwezigheid van een actieve bewonersvereniging kunnen eveneens voor een versnelling zorgen. De uitkomsten van de buurtonderzoeken worden verwerkt in een rapportage, met aandachtspunten voor een logische volgende stap in de lokale warmtetransitie.

Workshop warmte analyse op buurtniveau

Vragen en antwoorden

Hoe kom je aan de kennis voor vervanging van bijvoorbeeld riolering, energienetten of grootschalige renovaties?
Deze informatie is te krijgen bij de gemeente, corporaties, het netwerkbedrijf of bijvoorbeeld het waterleidingbedrijf.

Er zijn nu al gebieden waar de overschakeling op warmtenetten goedkoper is. Hoe komt het dat deze toch niet van de grond komen?
Warmtenetten moeten worden gefinancierd door de initiatiefnemers zelf. Of een warmtenet rendabel is, hangt af van de lokale omstandigheden. De investeringen moeten worden terugverdiend door de levering van warmte. De wet schrijft voor dat de prijs van warmte niet hoger mag zijn dan die voor gasverwarming. Als met deze warmteprijs de investeringen niet kunnen worden terugverdiend, is er sprake van een onrendabel warmtenet. In dat geval is exploitatie alleen mogelijk indien de overheid bereid is te investeren in de onrendabele top. Dit betekent dat in bestaande situaties potentiële afnemers hiertoe moeten worden verleid. Veelal zijn dit corporaties, maar zij zijn nog lang niet allemaal overtuigd van de voordelen van een warmtenet. Ook wijzen zij op risico’s zoals de ontwikkeling van de wetgeving rond warmtenetten.

Wat als een warmtenet iets duurder wordt voor huurders?
Dan dient 70% van de bewoners akkoord te gaan. De vraag is of zoveel huurders bereid zijn meer voor hun warmte te betalen zonder dat dit tot extra comfort of andere voordelen leidt. Een garantie op woonlasten zou een oplossing kunnen zijn om mensen over de streep te trekken.

Hoe past het inzetten van restwarmte uit een bron die op termijn niet gezien wordt als duurzaam?
De restwarmte wordt gebruikt om bij aanvang een netwerk te kunnen aanleggen en exploiteren. Parallel zijn plannen nodig voor het op termijn overschakelen naar duurzame warmte. Zo heeft Huisvuil Centrale Alkmaar (HVC) nu een biomassacentrale, maar vindt er al onderzoek plaats naar de mogelijkheid van geothermie als opvolger.

Is er rekening gehouden met de beschikbaarheid van de hoeveelheid groen gas?
Ja, naar verwachting komt circa 10% groen gas beschikbaar ten opzichte van het huidige aardgasverbruik. Een deel hiervan wordt ingezet voor het verwarmen van gebouwen en dit is naar rato verdeeld over alle gemeenten.

Hoe zit het als alle riolering al is vervangen of de openbare ruimte in een buurt net is aangepakt?
Dit zijn dan niet de logische buurten om te starten met de warmtetransitie.

Uit deze vragen en antwoorden blijkt dat er nog genoeg werk aan de winkel is.