Iedereen in Noord-Holland wil fijn wonen en leven. De vraag naar betaalbare woningen in Noord-Holland is groot en blijft toenemen. Daarom wil de provincie de woningbouwproductie versnellen. Tegelijk wil de provincie de transitie maken naar een volledig klimaatneutrale en circulaire bouw. Hierover maakt de provincie goede afspraken.
Hoe de provincie dat doet, is vastgelegd in de volgende documenten:
Om samen te werken aan sterke(re) regio’s, moeten gemeenten in de regio’s het samen eens worden over bijvoorbeeld nieuwe woningbouw en de bestaande woningvoorraad. Daarom worden er regionale afspraken gemaakt. De regionale woonafspraken bestaan uit:
De provincie en de Noord-Hollandse gemeenten hebben per regio afspraken gemaakt over nieuwbouw en bestaande bouw. Deze afspraken zijn vastgelegd in zogenoemde ‘woonakkoorden’. Alle woonakkoorden zijn te vinden op deze pagina. De akkoorden bevatten de toekomstige uitdagingen, acties en afspraken voor de komende 5 jaar. Er zijn afspraken over het aantal woningen en het vinden van geschikte woningen voor allerlei mensen, met of zonder zorgvraag. Maar ook over klimaatneutraal en circulair bouwen (aardgasvrij en met oog voor het veranderende klimaat) in de buurt van OV-knooppunten en met behoud van de groene en gezonde leefomgeving. En over het verduurzamen van bestaande woningen.
Bekijk de viewer 'Verstrekte subsidies woonakkoorden'. Deze viewer laat per regio zien welke projecten subsidie ontvingen voor het uitvoeren van afspraken uit de woonakkoorden. Tot en met 2025 is vanuit de provincie Noord-Holland € 2,5 miljoen subsidie beschikbaar gesteld.
In de regionale woningbouwprogrammeringen maken de samenwerkende gemeenten onderling afspraken over de ontwikkeling, transformatie en herstructurering van woningbouwlocaties. Ook wordt er gekeken naar de hoeveelheid woningen in de plannen, de kwaliteit en de fasering.
Gemeenten maken regionale afspraken over woningbouw die aansluiten op de woningbehoefte en passen binnen de mogelijkheden (zie ook demografische ontwikkeling). Zij wegen zorgvuldig af wat de beste plek is om te bouwen binnen de gemeentelijke, regionale en provinciale kaders. Gemeenten houden daarbij rekening met bereikbaarheid, werkgelegenheid, gezondheid, waterberging, natuur en ruimte. De provincie is betrokken bij de programmeringen, maar hoeft vanwege haar rol de afspraken zelf niet te ondertekenen.
Om de Nationale Woon- en Bouwagenda van het Rijk verder uit te werken, heeft het Rijk de provincie gevraagd om een woningbouwbod uit te brengen. Dit bod geeft aan hoeveel woningen gemeenten en de provincie Noord-Holland denken te kunnen bouwen in Noord-Holland tot en met 2030. Dit aantal draagt bij aan de nationale woningbouwopgave van 900.000 woningen tot en met 2030.
Er is samen met gemeenten, marktpartijen, woningcorporaties en waterschappen gekeken of het woningbouwbod van de provincie Noord-Holland haalbaar is. Er zijn ruim voldoende woningbouwplannen, maar het is alleen mogelijk om deze woningen te bouwen als het Rijk de regio helpt om aan bepaalde voorwaarden te voldoen. Denk daarbij aan de beschikbaarheid van geld, ambtelijke capaciteit en wettelijke vereisten voor stikstof en geluid. En het bouwen van nieuwe woningen is ook afhankelijk van bereikbaarheid, betaalbaarheid, energietransitie en waterveiligheid.
Op 15 maart 2023 zijn de regionale Woondeals Noord-Holland Noord (pdf, 10 MB) en Metropoolregio Amsterdam (pdf, 4 MB) gesloten tussen gemeenten, provincies en het Rijk. Tot en met 2030 moeten in Noord-Holland Noord 40.000 woningen bijkomen in de Metropoolregio Amsterdam ruim 144.000 woningen. In de Woondeals zijn afspraken gemaakt over het aantal woningen, concrete grote bouwlocaties en de categorieën sociaal, betaalbaar en vrije sector. Het streven is minimaal twee derde betaalbare woningen te bouwen waarvan 30% sociale huurwoningen tot € 808. Ook komen er woningen in de categorie middenhuur tot € 1.000 per maand en betaalbare koopwoningen tot € 355.000. In de beide Woondeals is een lijst opgenomen met de grote woningbouwlocaties.
De provincie volgt de voortgang van de woningbouwproductie, die voortkomt uit bovengenoemde programmering en plannen, nauwgezet. Bijvoorbeeld met de jaarlijkse Monitor Woningbouw, maar ook via de bouwambassadeur en de kernteams versnelling.