Wij gebruiken op onze website cookies zodat u de website goed kunt gebruiken. Dit zijn analytische cookies en cookies van YouTube. Wilt u deze website bezoeken? Dan gaat u akkoord met het gebruik van deze cookies.

“We moeten af van dat schaap met de 5 poten dat iedereen zoekt” – advies en ervaringen van het RPAnhn

Publicatiedatum: 15 juli 2025

Laatst gewijzigd: 15 juli 2025

0 reacties

Provincie Noord-Holland is ingedeeld in meerdere arbeidsregio’s. Eén van de regio’s waar het meest succesvol wordt samengewerkt, is de regio Noord-Holland Noord. Daar bestaat al 25 jaar het Regionaal Platform Arbeidsmarktbeleid Noord-Holland Noord (RPAnhn).

En dat is best bijzonder, want niet alle landelijke RPA’s houden het zo lang vol. Voor deze succesvolle inspanningen ontving het RPAnhn op 12 juni de wisseltrofee Werken en Ontwikkelen 2030, tijdens de 8e Technologietafel van de provincie. Een mooi moment dus om dieper te duiken in de werkwijze en visie op arbeidsmarktsamenwerking met RPAnhn-directeur Femke Blokker en strategisch adviseur Ronald Koenen.

Ronald Koenen (midden) en Femke Blokker (rechts)

Het RPAnhn is een groot samenwerkingsverband en netwerkorganisatie in Noord-Holland Noord, dat als doel heeft om zo veel mogelijk mensen aan het werk te krijgen en de lokale arbeidsmarkt goed functionerend te houden. Het geheim van hun succes begint op organisatorisch niveau. Het RPAnhn is namelijk georganiseerd als een aparte stichting, en dat is vrij uniek. Normaal gesproken organiseert de centrumgemeente van een regio een ondersteunend bureau vanuit een afdeling arbeidsmarktbeleid. Arbeidsmarktregio Noord-Holland Noord wilde het 25 jaar geleden liever anders aanpakken en niet vanuit 1 partij werken. “Wij bekijken arbeidsmarktbeleid niet alleen vanuit de sociale invalshoek, maar ook vanuit de economie en het onderwijs”, vertelt Blokker. “We willen die 3 pijlers, oftewel de triple helix, in samenhang aanpakken.” Hierbij brengt het RPAnhn focus aan, voegt Koenen toe, door te werken “vanuit inclusiviteit, duurzame inzetbaarheid en een leven lang ontwikkelen”. Met deze werkwijze wil het RPAnhn de samenwerking in het netwerk ondersteunen, onder het motto ‘alles voor een werkende arbeidsmarkt’.

Het netwerk van RPAnhn bestaat onder andere uit 17 gemeenten. Daarnaast zijn er de mbo- en hbo-onderwijspartners, oftewel instellingen als Vonk, Talland en Inholland, en de praktijkscholen van het voortgezet (speciaal) onderwijs. Er is veel contact met Ontwikkelingsbedrijf NHN, ondernemersverenigingen en lokale bedrijfsverenigingen, maar bijvoorbeeld ook met VNO-NCW, de vakbonden en het SBB, die ook deel uitmaken van het netwerk. Het RPAnhn werkt bovendien soms direct samen met bedrijven. Een sterk voorbeeld hiervan, dat het juryrapport van de trofee Werken en Ontwikkelen ook aanhaalt, zijn de Kom Binnen Bij Bedrijven Dagen (KBBBD). De jury noemt deze dagen een ‘toonaangevend moment in de regio’, en Koenen en Blokker zijn hier merkbaar trots op. En terecht, tijdens de laatste editie namen maar liefst 357 bedrijven deel, die hun deuren openstelden voor mogelijke nieuwe werknemers. Maar er zijn nog meer projecten waar de 2 trots op zijn. Zo zijn er de TechCourts, een programma waarin mensen kunnen ontdekken of werken in de techniek iets voor ze is. Daarnaast geeft het RPAnhn via een ontwikkelfonds vouchers aan mensen die een benodigde opleiding niet zelf kunnen bekostigen. Hiernaast rapporteert het RPAnhn uitgebreid over arbeidsmarktontwikkelingen, en voorziet het Manifest Werken en Ontwikkelen 2030 zo van nuttige en bruikbare documentatie.

Talent behouden en drempels verlagen

De regio staat ook voor een duidelijke uitdaging. “We hebben de laatste jaren moeten inzetten op het behoud van menselijk kapitaal”, legt Koenen uit. “Voor de regio Noord-Holland Noord is het ontzettend belangrijk dat we talent behouden, maar veel mensen vertrekken snel richting Amsterdam, richting de Randstad.” Blokker beaamt dit: “Van die aanzuigende werking hebben wij best veel last, en daarnaast zitten we met een vergrijzende bevolking.” Koenen: “We willen er dus voor zorgen dat we talenten hier houden en dat ze hier een toekomst hebben.” Daarnaast speelt het RPAnhn een rol in de zoektocht naar het zogenoemde onbenut arbeidspotentieel. Dat gaat om bijvoorbeeld nieuwkomers, statushouders of mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. “Zij hebben net even wat meer nodig en dat kunnen wij met onze gezamenlijke projecten faciliteren”, geeft Koenen aan. “We werken dan bijvoorbeeld samen met het COA, het UWV of de GGZ, om heel concreet die doelgroepen te helpen.”

Ook is het RPAnhn bezig met het oprichten van regionale werkcentra. “Mensen met vragen over werk of opleidingen worden daar door een goede gids verwezen naar de juiste instantie of krijgen er direct antwoorden”, licht Blokker toe. “Zo voorkomen we dat ze van het kastje naar de muur worden gestuurd en komen we mensen tegemoet die de drempel naar de gemeente of het UWV vrij hoog vinden. Of we helpen mensen die bang zijn voor het voortbestaan van hun baan, of nog 10 jaar tot hun pensioen moeten maar echt iets anders willen doen. Als ze dan bijvoorbeeld hun interesse uitspreken voor een andere sector, kunnen we ze helpen om die sector in te gaan.”

Gedeelde verantwoordelijkheid en gedeeld eigenaarschap

Om al deze werkzaamheden goed uit te voeren, is geld nodig. “We komen uit een tijd waarin we best veel budget hadden vanwege corona”, blikt Blokker terug. “Het Rijk stelde toen heel veel geld beschikbaar om mensen te behoeden voor werkloosheid, maar dat is nu niet meer zo.” Koenen: “Daarom willen wij een volgende stap maken door aan te sturen op het ontschotten van budgetten.” Daarmee worden budgetten integraal geregeld en hangt het niet meer van je situatie af of budget beschikbaar is. “Dan regelen wij aan de achterkant wel wat er nodig is als je een uitkering hebt, of net van het voortgezet onderwijs komt”, vervolgt Koenen. “Je moet gewoon geholpen worden, punt.” Op die manier zorgt RPAnhn voor mensen die anders buiten de boot vallen. “Als niemand anders de financiering doet, pakken wij dat onderdeel op”, aldus Blokker. “Het bonnetje moet dan gewoon betaald worden door een aantal partijen. Dan voelt iedereen zich verantwoordelijk”, concludeert Koenen.

Gedeelde verantwoordelijkheid is van wezenlijk belang voor het RPAnhn. Blokker ziet het Manifest Werken en Ontwikkelen 2030 dan ook als “een mooie manier om eigenaarschap te delen en te organiseren voor een gezamenlijke agenda. Met het Manifest kunnen we met weinig budget veel kracht organiseren.” Koenen voegt toe dat de samenwerkingsbanden met de provincie dankzij het Manifest veel inniger zijn geworden. “Tot 5 jaar geleden waren die banden nooit heel actief. Dus we zijn blij dat we konden aanhaken, en dat we onze slagkracht en expertise aan de provincie kunnen bieden. Het Manifest zorgt echt voor een mooie wisselwerking.”

Toekomstwensen en adviezen

Kijkend naar de toekomst wil Blokker de toegankelijkheid van de arbeidsmarkt in Noord-Holland Noord verder verbeteren vanuit het RPAnhn. “Daarin zien we ook echt heil in het matchen op skills. Dan gaat het niet alleen om diploma’s, maar om wat mensen kunnen”, licht ze toe. “We moeten af van het schaap met de 5 poten dat iedereen zoekt. Het schaap met 3 poten kan ook heel goed wol geven.” 

De Wisseltrofeewinnaars zijn vrij duidelijk als het gaat om adviezen voor andere RPA’s, of regio’s die een RPA willen opstarten. “Wij zijn geen praatclub, we hebben een uitvoeringsagenda met concrete projecten en harde doelstellingen. Maak het SMART en spreek doelen met elkaar af”, benadrukt Blokker. “Daarnaast koppelen wij het sociale en economische domein aan elkaar, samen met onderwijspartners. Wij kijken dus heel breed, waar andere arbeidsmarktregio’s zich meer op één bepaalde doelgroep richten.” Koenen sluit af met een bemoedigende boodschap: “Begin gewoon en probeer het, en start met kleine projecten. Het geeft oprecht energie!”

Om te kunnen reageren moet u eerst inloggen.

Heeft u gevonden wat u zocht?

2025 © Alle rechten voorbehouden.